Amandelkrullen
Jaren geleden zijn deze in de familie beroemd gemaakt door tante Charlotte, ik kan me het nog goed herinneren. De amandel en dan dat vleugje citroen… Crunchy, maar nog een heel klein beetje zacht in het midden… Mooi goudgeel tot bruin… Perfectie! Alleen gevulde koeken kunnen wedijveren met deze amandelkrullen om de plek van ‘favoriete koek ever’.
Totale tijd:
75 minutes + 15 minutes
Kookmethode:
Bakken
Ingrediënten voor 12 krullen 12 krullen
- 50 gr 50 gr geschaafde amandelen
- 70 gr 70 gr kristalsuiker
- 25 gr 25 gr patentbloem
- 10 gr 10 gr vanillesuiker
- rasp van 1 1 citroen
- 10 gr 10 gr roomboter
- 1 1 ei
- 10 gr 10 gr water
- snufje zout
Bereiding
- Meng de geschaafde amandelen met de suiker, de bloem en de vanillesuiker in een kom.
- Borstel de citroen schoon en rasp de schil door de amandelen.
- Smelt de boter en klop het ei los. Roer beide samen met het water en een snufje zout door het amandelmengsel.
- Dek de kom af met plasticfolie en laat het deeg een uurtje rijpen.
- Verwarm de oven voor op 170 170 °C.
- Bekleed een bakplaat met bakpapier. Neem een ruime eetlepel amandelmengsel en schep dit als een hoopje op de bakplaat. Houd voldoende afstand tussen de hoopjes mengsel want de koeken vloeien erg uit.
- Druk de hoopjes met een natte vork plat en bak de koeken 15 15 minuten tot ze goudbruin zijn.
- Leg een bezemsteel of een lange deegroller klaar op het aanrecht. Haal de koeken uit de oven, schep ze meteen met een spatel op de bezemsteel en vouw ze hieromheen. Werk snel, als de koeken teveel afkoelen, kun je ze niet meer buigen. Laat ze uitharden op de bezemsteel.